Het plafond van de fiscale kortingen per club wordt verhoogd van 4 miljoen euro naar 12 miljoen euro. Dit betekent dat een nog groter deel van de financiële voordelen bij de grote (voetbal)clubs zullen terechtkomen. “De bedoeling van de hervorming was nochtans om te gaan naar een systeem waarbij er meer solidariteit bestaat tussen de grote en de kleine sportclubs. Maar dat voornemen wordt bij deze alweer ondergraven”, reageert Kamerlid Wim Van der Donckt (N-VA).
“We begrijpen bovendien niet hoe de minister deze ingreep rijmt met de Europese staatssteunregels. Daarnaast ondermijnt een dergelijke taxshift ook het voornemen van de regering om werken lonender te maken”, legt Van der Donckt uit. “De sterke verlaging van de sociale en fiscale voordelen voor de sportbeoefenaars moest namelijk zorgen voor de financiering van de afschaffing van de Bijzondere Bijdrage voor de Sociale Zekerheid (BBSZ).” Het is één van de eerste maatregelen die deze regering aankondigde om werken lonender te maken. “En dan nog stelt ze niet veel voor. Open VLD-voorzitter Lachaert noemde ze zelf ‘beperkt’ en ‘symbolisch’ in Villa Politica”, verduidelijkt de N-VA’er.
Maar zelfs die beperkte netto loonsverhoging voor de burger komt nu dus in het gedrang, omdat één van de budgettaire pijlers om die afschaffing van de BBSZ te kunnen financieren ondermijnd wordt.
“Ondertussen hebben diezelfde liberalen en diezelfde regering er geen enkele moeite mee om in budgettair moeilijke tijden zeer sterke verhogingen van de uitkeringen voor inactieven door te voeren”, aldus Van der Donckt. Het Kamerlid verwijst naar de verhoging van het leefloon met minstens 12,75% en de verhoging van de werkloosheidsuitkering tot 8,5% tegen 2024, bovenop de index.
“Het is duidelijk waar de prioriteiten van deze regering liggen”, besluit Van der Donckt.