Kamerlid
Kruimelpad
“Verschil in pensioenopbouw tussen zelfstandigen en werknemers dringend harmoniseren”, Wim Van der Donckt reageert op het bericht Het Laatste Nieuws over pensioendiscriminatie
Wim Van der Donckt, vast lid van de commissie Sociale zaken, Werk en Pensioenen, treedt de ombudsman Pensioenen bij inzake de pensioendiscriminatie: “Zelfstandigen die een vrijstelling van sociale bijdragen aanvroegen, kunnen voor een verrassing komen te staan: niet alleen worden hun inkomsten uit de periode van vrijstelling niet meegeteld voor de berekening van de latere pensioenuitkering, ze kunnen ook minder snel op vervroegd pensioen. Het klopt daarentegen dat een werknemer die tijdelijk werkloos werd tijdens de coronacrisis wél pensioenrechten opbouwde en de inactiviteit dus geen gevolgen heeft voor de berekening van zijn pensioenbedrag, noch voor de mogelijkheid om op vervroegd pensioen te gaan.”
Volgens Van der Donckt heeft dat alles te maken met de discussie rond de gelijkgestelde periodes. “Het klassieke overbruggingsrecht wordt, in tegenstelling tot de werkloosheidsverzekering, niet gelijkgesteld. Nochtans zijn het beiden sociale verzekeringen gedekt door sociale bijdragen.”
Groot contrast tussen pensioenopbouw en effectieve tewerkstelling
Een studie van het Federaal Planbureau uit 2016 toont aan dat er bij werknemers een groot contrast bestaat tussen het aantal jaren pensioenopbouw en het aantal jaren effectieve tewerkstelling. Bij mannen resulteert dit in de verhouding 44/30, bij vrouwen in de verhouding 30/19. Bij werknemers worden er gemiddeld 11 (vrouwen) tot 14 (mannen) loopbaanjaren pensioenrechten opgebouwd zonder dat er sprake is van tewerkstelling. Dezelfde studie analyseert ook gelijkgestelde periodes bij zelfstandigen. De verhouding tussen het aantal jaren pensioenopbouw en het aantal jaren effectieve tewerkstelling ligt daar helemaal anders: 40/39 bij mannen, 18/17 bij vrouwen. Een verwaarloosbaar verschil, in schril contrast met het aanzienlijk aandeel gelijkgestelde periodes bij werknemers.
“We zouden kunnen stellen dat op vandaag het werknemersstelsel doorgeslagen is inzake gelijkgestelde jaren pensioenopbouw en dat het bij zelfstandigen misschien te rigide is. Het lijkt er echter niet op dat de minister van Pensioenen een billijke en harmoniserende hervorming plant waarbij het aandeel van de effectief gewerkte jaren wordt versterkt en de impact van gelijkgestelde jaren wordt afgebouwd in de pensioenopbouw”, besluit Van der Donckt.